Swing Wespelaar #36 Dexter Allen - Stephen Hull - King King - The Zac Schulze Gang - Alice Armstrong - Robbert Duijf - No King Wespelaar (dag 2)(17-08-2024) reporter: Marcel & photo credits: Freddie info organisatie: Swing Wespelaar © Rootsville 2024 |
---|
Na een geslaagde eerste avond, een redelijk nachtrust en een goed ontbijt, waren we volledig klaar voor de tweede dag van deze Swing-editie.
Naar goede gewoonte eerst aperitieven in De Warande, alvorens ons naar het festivalterrein te begeven. Tja, tradities zijn er om in ere te worden gehouden nietwaar? Ondertussen scheen de zon volop wat wil zeggen dat ons Jacotte der eens boenk op was met haar voorspellingen. Het beloofde dus een heel fijne dag te worden. Vandaag zowaar 7 bands op de affiche. Het zou druk worden dus.
Het is algemeen geweten dat ze in Wespelaar wel regelmatig de kans geven aan Nederlandse bands. Zo hadden we in vorige edities al Dave Warmerdam Band, Gumbo Kings en vorig jaar Luther’s. In mijn ogen met wisselend succes gezien er in België ook goede bands rondstruinen, maar dit geheel terzijde. Met dit jaar No King, kregen we een band die door Phil Bee bij elkaar werd gebracht en die zijn roots kent in het oosten van Nederland. Voor mij totaal onbekend.
Deze band bestaat uit Sjoerd Schelvis (zang en Hammond), Stijn Middelhuis (bas), Jelle Wunderink (gitaar) en Lars Middelhuis (drums). Benieuwd wat deze Nederlandse jonge wolven in hun mars hebben. Het begin was alvast stevig en swingend met ‘Wide And Far’ en het eigen nummer met de wonderlijke titel ‘Broek Uit’. Snel werd al duidelijk uit welk vatje zou worden getapt, heel stevig met veel jankende gitaren. Het werd echt iets voor onze Nederlandse vrienden, gezien deze echt kunnen genieten van dit soort blues, en ondanks songs als ‘Show And Tell’ of ‘Ain’t No Fool’ was ik echt niet overtuigd. Deze gasten kunnen wel een stukje spelen maar mij kregen ze niet echt warm.
Met de Robbert Duijf Band, gaan we het over een ander boeg gooien. Ik heb Robbert al een aantal keer zien en horen spelen en telkenmale weet de man mij te bekoren met zijn mix van old school delta-blues, Brits-Amerikaanse folk revival en gospel-blues. Dit keer volledig anders want Robbert komt langs met zijn band. Met zijn gospel-blues pakte de band in Braga (Portugal), tijdens de laatste EBC, de zaal volledig in en kreeg het trio een staande ovatie.
Robbert en zijn band speelden nog niet al te vaak in België en dat is heel jammer, want kwalitatief zeer sterk. In zijn band vinden we Robbert’s zoon Rubin aan de contrabas en drummer Robin Zalm. Dit zou wel eens een knaller van jewelste kunnen worden. En voor mij werd dit alvast één van de toppers van de dag. Startend met ‘Dangerous Mode’ en het schitterende ‘I’m The Devil’. Dit was duidelijk andere koek en zeker van een ander niveau, hoewel het moeilijk is verschillende stijlen te vergelijken.
Het trio amuseerde zich kostelijk op dat grote Wespelaarse podium en schonken ons ‘Fall Off The Wagon’ gevolgd door een stevige boogie met ‘All Night Long’. Dit drietal had ook onmiddellijk het publiek mee want de gebrachte songs werkten aanstekelijk. Robbert reeg de songs aan elkaar met fijne bindteksten en haalde de slide boven bij ‘Shout It Out Loud’ waar het publiek mee roept uit volle borst. Drie berengoede muzikanten die plezier vinden in het brengen van hun muziek met veel passie, inzet en recht uit hun hart. Na ‘Change Myself’ volgde nog een acapella nummer, waar je ondanks de warme temperaturen kiekenboelen van kreeg, met een bisser als beloning. Mister Duijf, you made my day !’
Ik word geregeld verrast op Swing, want ze weten altijd artiesten op te duiken waar ik nog nooit van gehoord heb, zo ook deze Alice Arsmtrong. Wat opzoekwerk drong zich dan ook op. Alice Armstrong is een bekroonde singer-songwriter uit Surrey (UK), bekend om haar indrukwekkende vocaal bereik en sterke podium présence. In 2024 werd ze verkozen tot Contemporary Blues Artist of the Year bij de UK Blues Awards. Haar shows beloven een soulvolle, genre-doorbrekende performance vol met talent, muzikaliteit en spitsvondige Britse humor en doordrenkt met soul, blues, funk, rock en jazz.
Het was dus even wachten wat dit zou geven, want dit is trouwens haar debuut op Belgische bodem. Alice is aanwezig met haar band die bestaat uit Ollie Knight-Smith (guitar), Kev Hickmann (drums), Josh Rigal (bass). Na haar inzet met ‘Upbeat’ en ‘Baby Better Late Then Never’, stond iedereen met open mond te staren, was het niet voor haar présence dan wel zeker en vast voor haar stem, want die klonk als een klok.
De show verzorgen kon ze ook wel zonder problemen en haar muzikanten weten duidelijk van wanten. Na ‘Bombshell’ en ‘Scratching Walls’ was het tijd voor een covertje en met ‘Bang Bang’ van Cher bracht ze ons even in de sfeer van Kill Bill, the movie. Plots vond ze het warm en stelde ze voor even te strippen en toen dacht ik wel: “Oh Heer laat deze beker aan mij voorbijgaan”. Gelukkig bleef het bij woorden en met ‘You Guess’ en ‘B-Side’ werd deze gig afgesloten. Stond ik paf? Eigenlijk niet, het was best oké en ze heeft een stem als een klok, maar voor mij ontbrak er net dat ietsje om mij totaal te overtuigen.
Met The Zac Schulze Gang, blijven we in de UK hangen. De band werd in 2020 opgericht in Gillingham (UK). Dit powertrio bestaat uit frontman Zac Schulze (gitarist en zanger), zijn broer Ben Schulze (drummer) en Ant Gunnarsson (bas) en samen creëren een zinderende mix van blues en rock.
Hun muziek is doordrenkt van liefde voor 20e-eeuwse artiesten, wat resulteert in vlammende, opgewerkte blues rock. Deze jonge gasten werden vorige jaar nog uitgenodigd op Eric Clapton’s Crossroads Guitar festival, en ook op het Rory Gallagher International Tribute Festival in Ballyshannon speelden ze de pannen van het dak. Gene kattenpis dus. Rock on! Nou, nou werd daar even een potige versie van Rory Gallagher’s ‘Laundromat’ het plein in geslingerd mijne jongen. Toppie! Dit is echt het format van een powertrio, en hoe. ‘Hole In My Pocket’ was dan weer een eigen song maar met ‘Walking The Dog’ waren we dan weer aanbeland bij Rufus Thomas.
Zeer puik gitaarwerk van Zac Schulze, die zich bewoog over het podium alsof hij een mierennest in zijn broek had zitten. De ritmesectie verrichte puik werk en het trio vervolgde met ‘She Does It Right’ van Dr Feelgood en ‘Dry Spell’ van zowaar The Cinelli Brothers. Veel covers, weliswaar met een eigen twist alvorens toch nog eens te belanden bij een eigen nummer en het ‘Bellyshannon Blues’. Want voor afsluiten kregen we nog twee covers tussen de tanden met ‘Messing With The Kid’ en Fleetwood Mac’s ‘Of Well’. Sterk en verrassend, beetje in de stijl van Rory Gallagher en ondanks alles heb ik van het werk van deze jonge wolven volop kunnen genieten.
We blijven in het stevige genre, want hierna krijgen we het muzikaal geweld van King King. Deze band is ooit ontstaan uit een zijproject van The Nimmo Brothers onder impuls van Alan Nimmo. Gekend voor het steviger werk heeft deze band een hele schare fans, jammer genoeg reken ik mezelf daar niet echt bij. Niet mijn cup of tea normalerwijze maar variatie is nodig op een festival dus top voor de liefhebbers van het genre.
Buiten Adam en Stevie Nimmo (gitaar en zang) vinden we Jonathan Dykes (toetsen), John Lodge (drums) en Alexander Greenshields (bas). Uiteindelijk moest ik na het optreden wel toegeven dat dit meer dan in orde was. Niet dat ik echt ooit een die hard fan zal worden, maar toch, ondanks al het gitaargeweld vond ik het redelijk oké. Natuurlijk mocht de kilt niet ontbreken en het was even wachten voor die aan was blijkbaar, maar kijk daar kwamen onze boys het podium opgestapt en werden we zonder dralen getrakteerd op ‘Dance Together’, waarna zonder veel poespas werd overgeschakeld op ‘Rush Hour’ en ‘Heed The Warning’.
Zoals verwacht klonk het heel stevig met uitgesponnen gitaarsolo’s maar tegen alle verwachtingen in was dit goed. Het is alvast een publiek geheim dat King King een enorme fanbase heeft en dat was ook op het plein duidelijk merkbaar. Massa’s fans smulden van hetgeen hen werd aangeboden en dat was heel wat met ‘Lose Control’, op vraag en een vrouwelijke fan die haar kartonnen bordje de hoogte in stak met de vraag naar ‘Long History Of Love’ werd ook direct voldaan. Trouwens meteen ook het eerste trage nummer van de set. De toetsenman krijgt van mij een extra pluim, want de man leverde hier puik werk af. Tot het einde knalden deze jongens verder met onder andere ‘Waking Up’ en iets later ‘Whatever It Takes To Survive. Niet mijn genre maar ik vond het goed.
We mochten eindelijk terug naar de Chicago blues met niemand minder dan Stephen Hull. Deze 25-jarige gitaarwizzard is één van de rijzende talenten die te bewonderen vallen in de clubs van Chicago en ver daarbuiten. Op zijn 14de startte de uit Racine, Wisconsin afkomstige Stephen met gitaarspelen. Tijdens de corona periode begon hij naam te maken tijdens de livestreams van Rosa’s Lounge blues club. Daarna is het hard gegaan voor hem: hij kreeg vorig jaar een plek op de mainstage van het Chicago Bluesfestival en in januari van dit jaar werd hij 2de op de International Blues Challenge. Daar werd hij ook bekroond als beste gitarist. Stephen’s grootste inspiratiebronnen zijn Albert en BB King. Dit was alvast een optreden om naar uit te kijken. Normaal heeft hij ook schitterende muzikanten mee met Cresenciano Cruz (bas) en Victor Reed (drums).
Dit is een stevig trio met het betere gitaarwerk en een ritmesectie “out of hell” gelijk ze zeggen. Boenk op vanaf de start en bij het tweede nummer ‘She’s Allright’ serveerde Cruz al en bas solo om duimen en vingers af te likken. Maar en nu komt het uiteindelijk, niet zo bluesy als gedacht, want het neigde geregeld naar stevige rock met lange en soms iets te lang uitgesponnen gitaarsolo’s.
Het was dan ook een tijd wachten voor het eerste rustpunt kregen waar wij met z’n allen tot rust konden komen op met de slowblues ‘Have You Ever Been Mistreated’. Het duurde echter niet lang want het tempo werd terug de hoogte ingejaagd met ‘Lucille’. Het publiek is toch wel mee maar persoonlijk vond ik het allemaal veel te lang gerokken en zou er beter worden gespeeld onder het motto “Less Is More”. Ik had er meer van verwacht en was op het einde toch redelijk ontgoocheld. Het kan niet altijd prijs zijn nietwaar?
Als afsluiter van dag 2, hadden de mannen met Dexter Allen, alweer een grote naam kunnen strikken. De 53-jarige Dexter Allen werd geboren in Crystal Springs (Mississippi) en hij is een vaste waarde in de blues scene van Jackson in Mississippi. Hij begon al heel vroeg met muziek in de band van zijn vader en werd later gitarist bij Bobby Rush en startte terwijl een eigen carrière. Dit jaar won hij een Grammy award als producer van Bobby Rush’s laatste album ‘All My Love For You’. Ondanks de bekroningen voor zijn studiowerk is het op het podium dat hij zich het beste thuis voelt. Hij is een entertainer pur sang, die weet hoe hij een show moet brengen, zonder het muzikale uit het oog te verliezen. Toch wel even vermelden dat de man exclusief vanuit de States wordt overgevlogen voor ons muzikaal plezier.
Dexter heeft ook zijn muzikanten mee met Jamal Hart (bass & background vocals), Frank White (drums) en Carroll Mc Laughlin (keyboard, Hammond & background vocals). Bijna 23 uur, zolang hadden we moeten wachten op de “echte” blues, maar ons geduld werd beloond, en hoe!
Vanaf de eerste noten ging het niveau met enkele trappen omhoog, want ‘I’m Tired’ is een knaller van een song. Ander soort blues als wat wij tot hiertoe te horen hadden gekregen. Het klinkt soms funk maar het is steeds van uitstekende kwaliteit. Dexter’s tweede nummer brengt ons een lange gitaarintro, waarbij de gitaar voor de rest van de song de show steelt. Dat noem ik topwerk. Van een blitz start gesproken. Entertainen kan Dexter als de beste en met ‘I Feel Allright’, steekt hij zo het publiek in zijn zakken. Met recht en reden trouwens. Dit is blues zoals blues voor mij mag klinken. Laat Dexter dan nog eigenaar zijn van een warme soulvolle stem en het plaatje is compleet, zoals bij ‘On The Backside’. De band is zeer goed op elkaar ingespeeld, een echte bluesmachine zoals ook te horen bij het tragere ‘Put Your Bluez On Me’. Dit was een knaller van een optreden en mooier dan dit had je vandaag niet om de dag af te sluiten.
Drie uitschieters vandaag in mijn ogen met Robbert Duijf Band, The Zac Schulze Gang en top of the bill Mister Dexter Allen. Alweer een fijne dag beleefd, tijd om de bedstee op te zoeken want morgen wordt het weer een lange dag maar ook alweer de laatste van deze 36ste editie. CU tomorrow folks!
Marcel
So happy together...